Ik mag mij, sinds recente tijd, scharen onder huiseigenaar. Een vreemd besef, zo zeg ik eerlijk. Ondanks dat ik een leeftijd heb bereikt waarbij de meeste om mij heen ook huiseigenaren zijn, getrouwd en vaak met kinderen, voelde ik dat nog altijd als een ver van mijn bed show.  Maar nu zit ik hier, in een kamer met een kleur op de muren, waar ik mijzelf mee heb verbaasd. Een kamer waarbij ik samen met mijn partner, vrienden en kluslui aan het getimmerd, alsmede de rest van het huis, totdat het naar onze smaak geworden is. 

Het is nog niet klaar. Al zullen andere mensen zeggen “Een eigen huis is nooit klaar”, een uitspraak meer dan terecht, want ik heb al weer plannen voor de (verre) toekomst wat we hier nog allemaal mee kunnen, met tijd en geld. Maar momenteel missen we ook nog enkele broodnodige dingen, zoals gordijnen, om het voor nu, even, klaar te laten zijn. 

We hebben sprongen gemaakt, de vooruitgang met het klussen is enorm snel gegaan, al was het toen, voor mij gevoel, voor eeuwig nog bezig. Er is een werkende keuken, die behalve gordijnen en het barblad wat nog bevestigd moet worden, verder klaar en in gebruik. De badkamer is klaar en helemaal heerlijk geworden. Grappig genoeg is dat het enige, wat op een handdoekhaakje na, oprecht al klaar is. De slaapkamer heeft als enige ruimte wel gordijnen en is verder ook bijna klaar, wat stopcontacten en enkele kastjes, meer niet. 

Dus we zijn aan het afstrepen met de puntjes op de i, de laatste dingen voordat ik het durf te laten zien aan het grote publiek, mijn beide oma’s. Veel van onze vrienden hebben het al gezien, hebben er al gegeten en spelletjes gespeeld. Het is nooit in mijn aard geweest om alles strak en opgeruimd te hebben, en dat zijn ze gelukkig ook gewend, dat er momenteel nog drie dozen met wat spullen in de woonkamer staan en enkele lijsten van schilderijen die nog opgehangen moeten worden, is te overzien. Dat er een achtergronddoek voor fotografie als geïmproviseerd gordijn in de woonkamer hangt, is te overzien. 

Maar het lijstje wordt steeds korter, we zetten steeds, voet voor voet, een stap dichterbij de eindstreep, dichterbij de gedachte “Ons huis is klaar, voor nu”

En het moment dat het zo ver is? 

        Dan zal ik huizenhoog springen.